Australische sporen, berichten van down under (deel 2)

Het museum van Lew Whiteman

Waarschijnlijk kent u Lew Whiteman niet. Hij hoorde – geboren in 1903 – tot een van de generaties van een familie die rijk was geworden met het maken van bakstenen uit de rijke kleigrond in de Swan Valley, bij Perth WA (West Australia).

Het is bij hem geëindigd, die familie, want hij was niet getrouwd noch had hij kinderen. Maar als je geld en tijd hebt, en je hobby is het verzamelen van technische zaken en alles wat rolt, dan kun je wel wat opbouwen.

Lew Whiteman. Foto: www.whitemanpark.com.au

Lew Whiteman heeft vanaf 1939 flink wat bushland ten noordoosten van Perth gekocht en benutte dat om mensen (en dieren) te laten genieten van de ongerepte natuur. In 1977 verkocht hij dit landgoed aan de Western Australian Planning Commission, een overheids­instantie die over landgebruik gaat.

Hij schonk, na zijn dood in 1994, ook zijn uitgebreide verzameling tractoren, treinen, trams, bussen en auto’s, met als voorwaarde dat deze eeuwigdurend op dat landgoed tentoongesteld zou worden. Welnu, dat is gebeurd en sinds 2005 is alles keurig gerangschikt te zien in de diverse museumgebouwen op het inmiddels 4000 hectare grote terrein.

Ter nagedachtenis aan Lew heet het landgoed nu Whiteman Park. Het terrein is vrij toegankelijk. Er zijn, naast winkeltjes en eet­gelegenheden, gratis speeltuintjes, zwembaden en barbecue-stands – een heel dorp eigenlijk. Je betaalt alleen een paar dollar als je de musea in wilt of je jezelf wilt laten vervoeren – daarover nu dus. Deze stukjes gaan tenslotte over hetgeen op rails rijdt.

Op die 40 vierkante kilometer Whiteman Park zijn twee railbedrijven actief: een tramlijn met een lengte van circa vier kilometer, bereden door de Perth Electric Tramway Society, en een diesel-/stoomtreinbedrijf met een lengte van circa zes kilometer: de Bennett Brook Railway.

De tram

De tram rijdt heen en weer over het enkelsporige traject en verbindt het trein­station met het centrum van het park, en rijdt dan een flink stuk door de indrukwekkende bush-omgeving. Het materieel bestaat uit bijna 30 motor- en bijwagens, stammend uit alle grote steden van Australië. Vanzelfsprekend zijn er de groene drop centre-wagens (met lage middeninstap) uit Melbourne, maar er zijn ook exemplaren aanwezig van kleinere bedrijven uit plaatsen als Ballarat of Kalgoorlie.

Het treinstation.

Het centrum van het park.

Net zoals met de in Europa rond 1870-1900 in vele steden opkomende tram­bedrijven ging het ook in Australië hard. Natuurlijk in de grote steden, maar ook in de net genoemde kleinere plaatsen, want daar zat geld dankzij de goud­vondsten. In Perth reed de laatste tram in juli 1958. De betreffende motorwagen – nummer 66 – rijdt nu in Whiteman Park.

Motorwagen 66. De in het gele truitje geklede “motorman” heeft net de beugel (rechts) voor de terugrit al omhoog gedaan en gaat zo de beugel links laten zakken.

De spoorwijdte van het tramnet in Perth was overigens 1067 mm. Het heeft nogal wat moeite – en een plukrijtuig – gekost om wagen 66 om te bouwen naar de bredere trucks die op normaalspoor rijden, maar het resultaat is schitterend. Lees hier meer over. Kortom, een plezierig ritje, niet te missen als u ooit eens in de buurt bent!

Gelukkig geen blaadjes op de rails hier, maar wel wat anders…

De trein

Van 1977 tot 1982 is een groep enthousiaste Australiërs bezig geweest met het plannen van een light railway in WA ter behoud van historisch materieel. Uit­einde­lijk is deze lijn gerealiseerd in Whiteman Park, met een spoorwijdte van 2 feet ofwel 610 mm. De samenstelling van het materieel weerspiegelt het enthousiasme en de Australische aard: het is overal vandaan geritseld en gerommeld. Weinig systeem in te bekennen voor de puristen onder ons, maar ach het rijdt en je beleeft er plezier aan. No worries, mate!

De locomotieven komen van gesloten mijnbedrijven, een steenfabriek (jawel, van Whiteman), een havenbedrijf, een suikerfabriek, uit Zuid-Afrika etc. De rijtuigen en goederenwagens stammen doorgaans van de spoorwegen van WA. Het stations­gebouw stamt uit 1883 en stond in Claisebrook, een buitenwijk van Perth. Dit was in 1984 een gift van de spoorwegen aan het toen opstartende treinbedrijfje. De perrons komen van andere stations zoals Subiaco, een andere buitenwijk van Perth.

Stationsgebouw en perrons zijn afkomstig van verschillende stations in de buitenwijken van Perth.

Het toeristische treinbedrijfje rijdt rondjes – er is wel een aftakking naar de remise/werkplaats – en wordt met diesellocs dan wel stoomlocs bereden. Het is toen ik dit schreef (1 december 2019) zomer geworden in Australië en de waarschuwingsborden die langs de wegen staan slaan rood uit, ergo er wordt in de zomer alleen gedieseld. Lees meer over de Bennett Brook Railway.

Een dieseltreintje van de Bennett Brook Railway.

Op de foto hierboven een trein getrokken door de Planet-1, bouwjaar 1938. Als hij in de verte komt aanrijden gebruikt hij zijn hoorn. Dat is er een van formaat grote goederenlocomotief: je verwacht dan heel wat bij dat forse geluid. Maar als het stipje in de verte dichterbij komt is het zo’n klein locje… maar wel grappig.

In ieder geval doen beide railbedrijven wat Lew Whiteman graag had gewild: mensen enthousiast maken voor al wat rijdt!

Jan Post


[printfriendly]

Over dit artikel

Jan Post is lid van het hoofdbestuur van de NVBS. Hij bevindt zich momenteel in Australië en doet van daaruit verslag van zijn beleve­nissen. In deze aflevering schrijft hij over het museum van Lew Whiteman in Perth, in het westen van het land.

Spoorlijnen in Australië (klik op kaart om te vergroten). Bron: Wikipedia.

Meer over de nalatenschap van Lew Whiteman op www.whitemanpark.com.au/…

Lees ook Een treinreis met de Gahn in NVBS Actueel, december 2019


Australië brandt

De branden zijn een nationale ramp. Er zijn weliswaar gelukkig veel minder doden gevallen dan begin 2009 op zwarte zaterdag, maar de felheid en zeker de verspreiding van de branden is echt ongekend en als toeschouwer uit een klein landje niet te bevatten. Schrijnende beelden gaan de wereld over van families die na generaties boeren alles van hun bedrijf verloren hebben, gezinnen die dakloos zijn geworden, families uiteengerukt, en het dierenleven gedecimeerd (1 miljard dode dieren is een voorzichtige schatting nu). De stroom valt overal uit vanwege het verbranden van de doorgaans houten palen die de bovengrondse stroomdraden dragen.

De wijze waarop de bevolking dit alles oppakt is erg nuchter en down-to-earth. Hulpacties starten, de schouders eronder en na het puin­ruimen weer de way of life oppakken zoals die was. Ik betwijfel of men leert (meer preventie, beter verzekeren, anders bouwen, andere infra) van de kennelijk structureel gewijzigde weersomstandigheden in dit deel van de wereld. Men heeft het toerisme hard nodig maar de annuleringen nemen explosief toe. Minder geld in het laatje…

Qua treinen: met name in de deelstaten New South Wales en Victoria heeft het treinverkeer last van de branden. Elektrisch rijden is gedeeltelijk onmogelijk (vonken dan wel – na de branden – gesmolten bovenleidingen) en dan wordt er gedieseld of omgeleid. Een voor­beeld van het laatste is de Indian Pacific, die een zuidelijker route rijdt en niet meer door de zwaar getroffen Blue Mountains. De bekende Zig Zag Railway heeft enkele gebouwen verloren door de branden.

In West-Australië, waar ik mij nu bevind, is tot nu toe slechts één lijn getroffen, van de mijnstad Kalgoorlie naar de havenstad Esperance (goederenvervoer). Verder zijn er overal in het land lokale restricties op snelheid aangezien de tempera­turen van boven de 40 graden risico’s voor de rails veroor­zaken.

Vergeleken met de impact op bewoners van de getroffen gebieden lijkt het voor de railbedrijven vooralsnog dus mee te vallen. Laten we hopen op een weeromslag, net als iedereen hier.

Jan Post, 12 januari 2020