Nog even dit — tips, reacties & nieuwtjes
Buiten-gewoon
Ciril van Hattum brengt in deze rubriek spoorse zaken die buiten het gewone liggen op een lichtvoetige manier voor het voetlicht. Deze keer richten we onze blik op tramrijtuigen met een vreemd aantal assen.
Twee-, vier- en zesassige rijtuigen vinden we gewoon. Dus zijn een-, drie- en vijfassers buiten-gewoon. En zij hebben allemaal bestaan. Bij de spoorwegen zijn drieassige personenrijtuigen vrij algemeen geweest, ook bij NS en nog vrij recent vooral in Duitsland en Oostenrijk. Maar hoe zit het bij de tram? Dat er ook tramrijtuigen met slechts één as zijn geweest moge blijken uit onderstaande foto uit de verzameling van Maurits van Witsen:
Deze motortram is samengesteld uit drie paardentramrijtuigen. Het middelste is dwars op het onderstel geplaatst en bevat de motor. Ik denk niet dat dit het personeel is dat er bij staat, gezien de kledij. Het stel is gefotografeerd te Lichtenvoorde en heeft gereden op de GSTM-lijn naar Groenlo.
Bij drieassers denken we natuurlijk allereerst aan Amsterdam. Na de oorlog bestelde het GVBA bij Werkspoor zestig motorwagens (491-550) en vijftig aanhangwagens (951-1000), allemaal drieassers. De motorwagens werden in 1968 omgenummerd in 891-950.
Het stel 526-976 staat op het terrein van de remise Havenstraat. Helaas is van de middenas weinig te zien op deze foto. De kleurstelling is blauw met gebroken wit en achterop hangt nog de rode brievenbus van de PTT. In Nederland waren vroeger wel meer drieassers te vinden, onder andere bij de LTM, maar het bleven toch altijd buitenbeentjes.
Ook in het buitenland reden vroeger drieassers, maar ook hier was het even zoeken waar. Enkele voorbeelden: het dichtst bij huis was in Gent:
Iets verder weg, in Zwitserland waren er verschillende te vinden, onder andere in Basel bij de Birseckbahn (BEB):
Bij deze trams is de derde as beter te zien dan bij de Amsterdamse. In Gent zien we de rijtuigen MIVG 311 en 346 met op de achtergrond de St. Baafskathedraal, gefotografeerd op 31-7-1965. De BEB 3-27 rijdt in de nabijheid van het eindpunt te Dornach en dat was op 12-10-1968. Tegenwoordig rijdt lijn 10 van BaselLandTransport hierheen.
Er was in Duitsland één grote stad waar drieassers lange tijd de dienst hebben uitgemaakt: München.
Evenals in Amsterdam beschikten de drieassige motorwagens hier over gelijksoortige aanhangers. In Gent en Basel was dat niet het geval. De Duitse rijtuigfabrikanten Westwaggon (o.a. geleverd aan Bonn) en Rathgeber waren gespecialiseerd in het produceren van drieassers; de 246 (!) motor- en aanhangwagens in München werden voornamelijk door deze laatste geleverd. Het stel 2440-3330 van lijn 2 in München heeft zojuist de halte Kiesselbachplatz verlaten: dat was op 22 juni 1975.
Als je nu een gelede tram samenstelt uit zo’n drieasser en een tweeassige aanhanger zoals in Augsburg is gebeurd, ontstaat er een vijfassig tramstel. De 549 van lijn 2 en de 519 van lijn 1 passeren elkaar op 5 juni 1975 op het Rathausplatz.
Tot slot: er hebben ook drieassige trolleybussen bestaan, nog steeds te zien in het Luikse trammuseum.
Dit is “trolleybus réversible” nr. 402 van de Railways Economiques de Liège-Seraing & Extensions (RELSE). Meer informatie over deze tweerichtingbus.
Alle foto’s, behalve de eerste, zijn van de hand van de auteur: Ciril van Hattum.
Reactie
Garratt-locomotieven
In de rubriek “Nog even dit” stond vorige maand een mooie foto van NG 143 van de Welsh Highland Railway met een bijschrift dat we deze Garratt-locomotieven kennen uit Zuid-Afrika. Ter informatie: de NG 143 is door de Welsh Highland Railway teruggehaald uit Zuid-Afrika waar deze voor het laatst gebruikt werd bij de Alfred County Railway (ACR). De loc is dus niet origineel voor de lijn in Wales gebouwd, wat in het artikel wordt gesuggereerd.
Hierboven een foto die ik in 1990 maakte van een aantal terzijde gestelde locomotieven van de ACR in Port Shepstone. De vierde locomotief is NG 143. Helaas heb ik geen foto van dichterbij.
Hierboven twee foto’s van toen nog rijvaardige Garratt-locs. Helaas is de ACR tegenwoordig niet meer in gebruik.
Wim Jonker Klunne (Pretoria, Zuid-Afrika)
Zomeravond Express bij de SHM
Stoom in de ondergaande zon op 5, 13 en 21 augustus
De Museumstoomtram Hoorn-Medemblik introduceert een bijzondere stoomtramrit in de avonduren op donderdag 5, vrijdag 13 en zaterdag 21 augustus 2021: de Zomeravond Express. Dit is de gelegenheid om per stoomtram te genieten van het prachtige Westfriese landschap tussen Hoorn en Medemblik tussen de ondergaande zon en de avondschemering. Stap in, ga mee en proef de sfeer van deze tijdreis onder het genot van een drankje en ons speciale borrelpakket. www.stoomtram.nl/evenementen
Lees ook het interview met SHM-directeur René van den Broeke in NVBS Actueel februari 2018.
[printfriendly] |
Nog even dit…Reacties van lezers, aanvullingen op eerdere artikelen, oproepen en leuke nieuwtjes. Dit zijn zaken die thuishoren in “Nog even dit…”. Heb je ook iets te melden? Laat het ons weten! |
De spooragenda is een initiatief van kennisnetwerk Railforum. Hierin worden bijeenkomsten vermeld die interessant zijn voor professionals en andere belangstellenden in de spoorwereld. Ook de NVBS is bij deze agenda aangesloten. Meer nieuwsOp onze website vind je activiteiten van de NVBS. Ook vind je op onze website railtips met informatie over bijzondere ritten en interessante tentoonstellingen. Dagvers nieuws vind je verder op de NVBS-pagina op Facebook. Railtheater Amsterdam (RTA)Het RTA is op dit moment niet in de gelegenheid om bijeenkomsten te organiseren. Als alternatief is er een Digitaal Railtheater op YouTube. Hier worden regelmatig filmpjes aan toegevoegd. De links naar deze filmpjes vind je op www.railtheater.nl. |
ReactieOntspoorwisselIn de vorige nieuwsbrief lieten we een stopontspoorblok zien. Hiermee kunnen op drift geraakte treinen worden tegengehouden. Een voorziening met hetzelfde doel is het ontspoorwissel. Kees Cremer stuurde deze foto van een ontspoorwissel dat destijds op het rangeerterrein Watergraafsmeer lag, links naast de heuvel in de richting van Diemen. |
ReactieStroomsystemenIn uw nieuwsbrief van de maand juni besteed u, in de winkelrubriek, aandacht aan het boek over de SNCF-locomotieven serie CC 6500. In de beschrijving spreekt u over verschillende stroomsystemen. Hier moet echter staan ‘spanningssystemen’. De bovenleiding wordt gevoed met spanning en niet met stroom. Stroom ontstaat pas wanneer er verbruik is! Beide zijn elementaire begrippen in de elektrotechniek en geven bij onjuist gebruik “kortsluiting”. Bij Volt hoort spanning en bij Ampère hoort stroom. Gaarne aandacht voor deze technische en daarmee ook taaltechnische onjuistheid in eventuele volgende publicaties. Harry Peters Naschrift redactieElektrische treinen rijden op elektrische stroom. Er zijn diverse systemen om die stroom in de trein te krijgen. Vaak gebeurt dat via een stroomafnemer, maar het kan bijvoorbeeld ook met accu’s. In Noord-Italië reden de treinen vroeger op draaistroom, waar een ingewikkelde dubbele bovenleiding voor nodig was. Het is niet fout om over spanningsystemen te spreken, maar er is ook niets mis met het woord stroomsystemen. Voor kortsluiting bij onze lezers zijn we in elk geval niet bang. Bij ampère (net als volt schrijf je dat met een kleine letter) hoort niet stroom maar stroomsterkte. De afkorting kWu (kilowattuur) die je in een vorige reactie gebruikte is ook niet juist: de afspraak is kWh. Zie ook De toepassing van de verschillende stroomsystemen bij de elektrische spoorwegen door N.J. van Wijck Jurriaanse in Op de Rails, februari 1957. |