De Tsjechische en Slowaakse spoorwegen, een uniek werk met zeer oude foto’s van voornamelijk Nederlandse stoomlocomotieven, de geschiedenis van de tram in Groot-Brittannië en Ierland en de infrastructuur van de Britse Southern Railway. Dit is slechts een greep uit de vele noviteiten op boekengebied. Plus: de Eisenbahn Kurier komt met veel nieuwe dvd’s op de markt die in de NVBS-winkel en de NVBS-webshop wel heel voordelig te verkrijgen zijn. Lodewijk Derens was Nederlands eerste spoorwegliefhebber die relatief vaak stoomlocomotieven fotografeerde en een groot aantal unieke foto’s heeft nagelaten. Hij heeft vooral tijdens de laatste jaren van de negentiende en de eerste decennia van de twintigste eeuw foto’s van treinen gemaakt. Die zijn nu in een bijzonder boek gebundeld. Derens’ eerste foto’s dateren al van 1894. Gratis bezorgd. Bestel nu in de NVBS-webshop. Na de Fluwelen Revolutie in 1989 is er veel veranderd in Tsjecho-Slowakije: het land viel in 1993 uiteen in twee staten. De communistische planeconomie werd vervangen door markteconomie en er kwam privatisering op het spoor. In deze materieelgids is het gevolg hiervan goed zichtbaar: het grote aantal private exploitanten maakt het er niet overzichtelijker op. De een zal de afwisseling van de vele kleurenschema’s van kleine spoorwegbedrijven aanspreken, de andere vindt het misschien een rommeltje. De auteur van deze boekbeschrijving spreekt Leo Express wel aan, maar FLIRT-treinstellen in het zwart met gouden strepen? Of wat te denken van de Tsjechische firma JuniorMarket: deze winkelketen in Kolin (een belangrijk spoorwegknooppunt) verhuurt ook locs. Dit boekje van uitgever Platform 5 is meer dan alleen een nummergids voor “spotters”: er zijn kaarten van de netwerken, nuttige informatie en een uitgebreide toelichting bij het meeste materieel. Bovendien is opgenomen: het materieel van trambedrijven, de metro in Praag en het materieel van museumbedrijven. Daarmee is het een handige gids voor spoorhobbyisten die deze beide landen willen bezoeken. Gratis bezorgd. Bestel nu in de NVBS-webshop. Andere recente delen uit deze serie zijn (alle worden gratis thuisbezorgd): Dit boek beschrijft de geschiedenis van de tram in het Verenigd Koninkrijk en Ierland. Wie echter een uitgave verwacht met materieellijsten en kaarten van lijnennetten, zal worden teleurgesteld. Zelfs een lijst van tramsteden ontbreekt. Dit is een studie van de maatschappelijke ontwikkeling en de rol van de tram in de stad. De eerste paardentrams in het Verenigd Koninkrijk reden in 1860 in Birkenhead (bij Liverpool). Het bedrijf werd opgericht door George Train (!). Vanaf 1870 werden in alle grote Engelse steden paardentramlijnen geopend. De bedrijven waren populair bij de “lagere” sociale klassen die hierdoor een veel grotere bewegingsvrijheid kregen. De laatste paardentramlijn werd pas in 1926 gesloten, met uitzondering van lijnen in Ierland en op het eiland Man. Stoomtrams werden in Engeland nooit populair. Er waren ongeveer vijftig kleine bedrijven: de meeste bestonden minder dan twintig jaar (bron: Dick van Beek). De kabeltram werd alleen in Edinburgh uitgebreid gebruikt. Elektrische tramlijnen werden vanaf 1885 aangelegd. Het eerste netwerk ontstond in Bristol. Problemen waren vooral de financiering (particulier of gemeente) en onder meer de keuze van de bovenleiding. London koos voor ondergrondse leidingen die tweemaal zo duur waren om aan te leggen. Het grootste deel van de trams waren dubbeldekkers. Na de Tweede Wereldoorlog werden de toen – door gebrek aan investeringen – zwaar verouderde bedrijven gesloten en vervangen door (trolley)bussen. In Londen gebeurde dit al in 1952. Slechts enkele bedrijven gingen daarna nog door met het moderniseren van het wagenpark. Alleen het bedrijf in Blackpool hield stand, min of meer als strandattractie. Verder waren trams alleen te zien in steeds mooiere openluchtmusea, totdat “light rail” in de jaren tachtig werd ontdekt als oplossing voor vastgelopen binnensteden. Niettegenstaande ingewikkelde financiering als gevolg van publiek/private samenwerking en tegenwerkende conservatieve politici, lukte het sommige steden om tramlijnen in gebruik te nemen, meestal met Frans of Italiaans materieel. Sommige bedrijven waren gelijk een succes, Nottingham bijvoorbeeld, andere liepen jaren vertraging op, zoals Edinburgh. Dit is geen boek voor materieelspecialisten, die volgens de auteur “obsessief bezig zijn met voertuigen en technische details”. Een van de eerste foto’s symboliseert het uitgangspunt: een lelijke Britse stadsomgeving waar de tram maar half (alleen het bovenste deel) op staat. In tegenstelling tot academische studies is dit boek echter vlot geschreven en ruimschoots geïllustreerd. Voor wie meer wil weten over de achtergrond van de keuze wel of geen tram is dit daarom interessante lectuur. Dit boek waarvoor veel diepgaand onderzoek is gedaan, beschrijft de spoorwegarchitectuur en “accessoires” (al dan niet van beton) bij de Southern Railway in detail, met volop voorbeelden, tekeningen en foto’s. Daarmee geeft het een volledig beeld van wat er naast materieel allemaal aan “hardware” nodig was en is om een spoorwegbedrijf draaiende te houden. De Southern Railway had net als de andere Engelse spoorwegmaatschappijen een rommeltje aan gebouwen en bouwwerken in allerlei stijlen en bouwmaterialen. Maar dit veranderde snel door de toepassing van voorgespannen, gewapend beton. Dit was een uitvinding van de Fransman Joseph Monier, die het bijvoorbeeld voor buizen gebruikte. De London & South Western Railway (LSWR) begon het materiaal te gebruiken, omdat de harde bakstenen die voor de bouw werden gebruikt, uit de Midlands moesten komen en daardoor duur waren. Het beton werd gebruikt voor bruggen en viaducten, maar later ook voor kleinere zaken, zoals hekken, hutten, lantaarns, perrons en perronranden en borden met stationsnamen. Beton leende zich ook uitstekend voor moderne gebouwen. Tussen 1925 en 1939 werden een aantal stationsgebouwen, perronoverkappingen en seinhuizen gebouwd in een art-decostijl met beton en baksteen. DVD’s Op deze dvd van uitgever Eisenbahn Kurier zien we voornamelijk “museumlocomotieven”. Vooral Duitse, zoals de series 01.5, 01.10, de eenlingen 10 001 en 18 201, 44 in fraaie kleurenbeelden in recente tijden, maar ook zwart-witbeelden van series als de 06 en de 45 uit de jaren rond de Tweede Wereldoorlog, gigantische locomotieven die roemloos bij de sloper eindigden. Gratis bezorgd. Bestel nu in de NVBS-webshop. Op deze dvd staat het herstel centraal van de Franse stoomlocomotieven van het type 241A, met veel beelden van ritten in Duitsland en Zwitserland – maar niet in Frankrijk – na de herstelling. Samen met Duitse stoomlocs, in vreemde combinaties, en ook met de andere “Zwitserse Fransman” van de serie 241P. Daarnaast wordt uitgebreid ingegaan op de herstelling van de 241 A 65 in de Duitse werkplaats Meiningen, inclusief het feestje met vuurwerk en muziek bij de ingebruikname. De camera staat regelmatig op de voetplaat van de handgestookte loc. De stoomlocs van de serie 241A werden in Frankrijk ontwikkeld. Na een prototype in 1925 volgde vanaf 1931 de seriebouw met veertig stuks. De spoorwegmaatschappij Etat liet tot 1934 nog 49 exemplaren nabouwen, zodat de Franse staatsspoorwegmaatschappij SNCF de beschikking kreeg over negentig locs. De machines leverden een vermogen tussen de 2000 en 3000 pk, afhankelijk van de wijze van meten. Bij stoomlocs is dit geen exacte wetenschap, zodat claims als “de sterkste loc van Europa” moeilijk zijn vast te stellen. De laatste locs gingen in 1965 buiten dienst, maar gelukkig bleven enkele exemplaren bewaard, waarvan een in Zwitserland. De vereniging uit Val-de-Travers liet de loc in 1997 door de werkplaats in Meiningen herstellen. De werkplaats leverde goed werk, ook al ging het om een type locomotief dat men in Duitsland niet kende. De grote Franse loc paste maar net op de Duitse draaischijf. Gratis bezorgd. Bestel nu in de NVBS-webshop. Op deze dvd gaat het om de Duitse elektrische locomotieven van de serie E40, de latere serie 140 die ontworpen zijn voor het trekken van goederentreinen. In Duitsland houdt men van standaardisatie en de E40 is daarvan een typisch voorbeeld. Op de keper beschouwd valt het wel eens tegen met die “eenheid”. Met 879 locs een grote serie, maar er zijn verschillen! Soms technisch, soms uiterlijk. Met of zonder weerstandsrem, met enkele of dubbele lampen, met of zonder regengootje boven de ramen, hele of halve stroomafnemers. Zelfs het groen is niet altijd hetzelfde, afhankelijk van het feit of de verf op waterbasis is of niet. Ronald Hertwig, auteur van het boek over deze locs, legt het op deze dvd allemaal uit. De 140 komt in beeld met veel goederentreinen, zowel bij de Deutsche (Bundes)Bahn als bij particuliere goederenvervoerders die locomotieven van de Duitse spoorwegen hebben overgenomen. De dvd toont beelden van de locs langs bekende rivieren (Rijn, Moezel en Main), op de Saalebahn tussen Berlijn en München, de Emslandstrecke (Rheine – Emden – Norddeich Mole), op de hellingen van de Spessart en uitgebreid op de Höllentalbahn in het Zwarte Woud. Meestal voor goederen-, soms ook voor reizigerstreinen. Bij de ritten in de cabine horen we het karakteristieke geluid van het opschakelen. Gratis bezorgd. Bestel nu in de NVBS-webshop. Dit een dvd uit de serie “Berühmte Züge und Lokomotiven” van de Eisenbahn Kurier. Vanaf 1960 stelt de Deutsche Bundesbahn diesellokomotieven van de serie V160 (later 216) in dienst. Eerst nog met een ronde neus (“Lollo”), later met een hoekige neus. Er worden ruim 800 stuks in allerlei varianten gebouwd, met veranderingen in motoren en treinverwarming (stoom, elektrisch). De laatste variant vormt de locomotiefserie 218, vanaf 1968 gebouwd met 401 exemplaren. Alle varianten van deze loc komen in beeld op deze dvd, inclusief de kleurvarianten: in de diverse huisstijlen van de Deutsche Bundesbahn en haar opvolger Deutsche Bahn: DB-rood in verschillende uitvoeringen, blauw-beige, gele locs voor de infrabeheerder DB Netz, oranje voor de CityBahn en de kakelbonte kleuren van de Touristzüge. En voor velen de absolute favoriet: de 218 217 in TEE-kleuren. De locs zijn te zien voor autotreinen naar Sylt, IC-treinen in Zuid-Duitsland (Stuttgart – Oberstdorf) in dubbeltractie, IR-treinen met dubbeldekkers, op zijlijnen met Silberlingen in de jaren negentig en zelfs bij een Privatbahn (Railsystems) voor een zware trein met ketelwagens. De dvd gunt de kijker ook een blik in de werkplaats bij het onderhoud aan de motor in een DB-film uit de jaren tachtig. Motor wisselen duurt “maar” zes uur, maar dan kan de loc er weer tien jaar tegen! Voor deze locomotieven, waarvan er al vele naar de sloop zijn gegaan, komt langzaam maar zeker het einde in de reguliere diensten bij de Duitse staatsspoorwegen. In de rubriek Railtips in deze nieuwsbrief ook aandacht voor waar ze (nog) rijden. Gratis bezorgd. Bestel nu in de NVBS-webshop. Deze dvd is een portret van de spoorlijn tussen Leipzig en Nürnberg via Saalfeld die deel uitmaakt van de route Berlijn – München. In de lijn ligt een forse helling in het Frankenwald, die vanaf Kronach opdrukdiensten voor goederentreinen vergt. De elektrificatie was gereed in 1942 en de dvd toont beelden van treinen met locomotieven van de typen E18, E44 en E94. Een dvd met veel afwisseling in materieel, leuk historisch materiaal en haarscherpe, recente opnamen zorgen voor een uur uitstekend vermaak. Gratis bezorgd. Bestel nu in de NVBS-webshop. Bekijk onze uitgebreide assortiment en <strong>Bestel DVD's</strong> <strong>Bestel Boeken</strong>
Leo de Jong is de vaste recescent die in deze rubriek voor de NVBS-Winkel boeken, dvd′s, tijdschriften e.d. extra onder de aandacht brengt als daar een aanleiding toe bestaat. Als regel zijn de besproken artikelen ook in voorraad in de winkel in Amersfoort. De winkel is een verenigingsorganisatie en wordt gedragen door vrijwilligers. Zij is daarom beperkt geopend. Kijk hier voor de actuele openingstijden. Let op: alleen NVBS-leden kunnen bestellen. <strong>Direct lid worden van de NVBS</strong>
Nieuwe aanwinsten tonen gevarieerd beeld van trein en tram
BOEKEN
Lodewijk Derens – 1880 -1956 – Nederlands eerste spoorwegfotograaf
door Guus Veenendaal en Remmo Statius Muller, uitgave De Alk, nr. 49 in de boekenreeks van de NVBS, 248 pagina’s, formaat A4, ingebonden, 250 zwart-witfoto’s en 1 tekening. Prijs € 34,95, gratis thuisbezorgd.
Na een uitgebreid voorwoord dat onder meer de enorme inspanning toont om van slechte foto’s goede of aanvaardbare platen te maken, komt er een lezenswaardig portret van deze fotograaf die, ondanks een beperkt budget, ook buitenlandse reizen maakte. Hoewel het zwaartepunt ligt bij foto’s van Nederlandse stoomlocomotieven, toont het boek ook dergelijke machines in de ons omliggende landen, inclusief het Verenigd Koninkrijk. Een enkele keer zelfs een tram of een elektrische trein.
Het overgrote deel van het boek bestaat uit per pagina steeds een foto en een toegankelijk geschreven bijschrift, waar slechts enige voorkennis over asindelingen gewenst is. Die bijschriften schetsen de achtergronden, het tijdsbeeld en soms ook de reizen die Derens gemaakt heeft. Al met al een bijzondere uitgave die niet voor niets een plek heeft gekregen in de boekenreeks van de NVBS.
Een recensie over dit bijzondere boek staat gepland voor een van de komende nummers van Op de Rails. Zie ook de rubriek Verenigingsnieuws.
Czech & Slovak Railways
door Robert Pritchard . 256 blz. A5. Engelstalig, 92 kleurenfoto’s, 5 kaarten. Uitgave: Platform 5. Artikelnummer 0167-0032.
Prijs € 25,95. Gratis thuisbezorgd.
Rails in the Road (A History of Tramways in Britain and Ireland)
door Oliver Green. 269 blz. 22 x 30 cm. Engelstalig. Bijna 500 afbeeldingen in kleur en zw/w. Uitgave Penn & Sword. Artikelnummer 0164-0043. Prijs € 34,95.
Southern Nouveau and the Lineside
door George Reeve & Leslie Tibble. Engelstalig, 392 blz., 22 x 30 cm. 460 zw/w foto’s, 150 tekeningen. Uitgave Irwell Press. Artikelnummer 0169-0011. Prijs € 33,95. Gratis thuisbezorgd.
Gratis thuisbezorgd. Bestel nu in de NVBS-webshop.
Giganten auf Schienen – Dampflokomotiven
58 minuten. Duitstalig. Uitgave Eisenbahn Kurier, Artikelnummer 0459-4047.
Prijs € 19,80. Gratis thuisbezorgd.
Dat vrijwilligersorganisaties tegenwoordig tot veel in staat zijn, blijkt wel uit de indrukwekkende Franse stoomlocs 241A en 241P van de Zwitserse Chemin de fer Touristique Neuchâtelois VVT (Vapeur-Val-de-Travers), die we in dubbeltractie in Zwitserland zien rijden (zie ook hieronder). Zelfs in Oekraïne worden stoomlocs bewaard: twee grote groene P36-locs in dubbeltractie rijden voor een bijpassende reizigerstrein door fraaie landschappen. Alleen China is nog niet toe aan museumexploitatie: hier is de harde realiteit dat het spoorwegbedrijf tot voor kort niet buiten stoomlocs kon. Deze dvd toont twee Chinese locs serie QJ die zware goederen- en reizigerstreinen in de vrieskou trekken. Ten slotte zien we de start van het herstel van de Amerikaanse loc 4014 van de Union Pacific-spoorwegmaatschappij, de grootste stoomlocomotief ter wereld.
241 A 65 – Französendampf unterwegs
58 minuten. Duitstalig. Uitgave Eisenbahn Kurier, artikelnummer 0459-4051.
Prijs € 19,80. Gratis thuisbezorgd.
Die Baureihe E40
58 minuten. Duitstalig. Uitgave Eisenbahn Kurier, Artikelnummer 0459-4050.
Prijs € 19,80. Gratis thuisbezorgd.
Die Baureihe 218
58 minuten. Duitstalig. Uitgave Eisenbahn Kurier. Artikelnummer 0459-4049.
Prijs € 19,80. Gratis thuisbezorgd.
Streckenporträt Saale- und Frankenwaldbahn
58 minuten. Duitstalig. Uitgave Eisenbahn Kurier, Artikelnummer 0459-4046.
Prijs € 19,80. Gratis thuisbezorgd.
De lijn heeft door de deling van Duitsland na de Tweede Wereldoorlog een roerige geschiedenis achter de rug. De grens in de exploitatie tussen Oost- en West-Duitsland lag in het Oost-Duitse Probstzella.
Na de Tweede Wereldoorlog herstelden de West-Duitsers de elektrische lijn op hun gebied tot en met Probstzella. De Oost-Duitsers moesten het doen met stoomtractie. Het is dan ook niet verwonderlijk dat Probstzella en het verder richting Leipzig gelegen Saalfeld in de DDR-tijd belangrijke stoomdepots werden. Er zijn beelden van een stoomlocserie 01.5 voor personentreinen met drie- en vierassige “Umbauwagen” en imposante stoomlocomotieven van de serie 44 voor goederentreinen. Na het verdwijnen van de stoomtractie kwamen diesellocomotieven voor reizigers- en goederentreinen te staan. Na het samengaan van de beide Duitslanden werd de hele lijn in 1995 weer elektrisch. Lokale personentreinen bestonden toen uit Oost-Duitse dubbeldekkers met een elektrische locomotief van de serie 143. Later zien we de InterCity’s met elektrische locomotieven en tegenwoordig rijden hier naast ICE’s van de DB, ook treinstellen van het type Talent van NS-dochter Abellio. Zo nu en dan zijn er speciale ritten. Indrukwekkend is het beeld met twee stuks stoomlocomotieven serie 01 met opdruk van een diesellocomotief type V100 op de helling. Ook komt een stoomloc serie 65.10 met een goederentrein langs.Leo de Jong
[printfriendly]
Uit de NVBS-winkel gelicht – mei 2017AvadaSupport2017-07-08T16:56:25+02:00