Het bewogen leven van een bijzonder station
Station Kesteren
Het dorp Kesteren is onderdeel van de gemeente Neder-Betuwe en heeft ongeveer 7000 inwoners. Maar het heeft al sinds 1882 een bijzonder station met een bewogen leven. Frits van Buren nam hier onlangs een kijkje.

Het station Kesteren tussen 1895 en 1905. Foto: Utrechts Archief.
Het begin
Op 1 november 1882 werd het traject Elst-Geldermalsen van de Betuwelijn geopend. De exploitatie daarvan werd toebedeeld aan de Maatschappij tot Exploitatie van Staatsspoorwegen (SS). In dezelfde tijd werd ook de spoorlijn Amersfoort-Kesteren aangelegd. Voor deze lijn was lange tijd onduidelijk wie de exploitant zou worden. Uiteindelijk werd bij Koninklijk Besluit in 1886 de exploitatie aan de Hollandsche IJzeren Spoorweg Maatschappij (HSM) gegund, waarna de lijn in 1886 in gebruik werd genomen. De geschiedenis van de spoorlijn Amersfoort-Kesteren is uitvoerig besproken in [1-2].
Op het moment dat besloten werd dat de HSM de exploitatie van de spoorlijn Amersfoort-Kesteren voor haar rekening zou nemen werd wel een scheiding op het emplacement aangebracht door een afrastering. Beide lijnen kregen eerst een tijdelijk stationsgebouw. Het stationscomplex werd in 1885 en 1886 opgeleverd in de vork gevormd door beide spoorlijnen.
De bouw van het stationsgebouw werd aanbesteed op 18 maart 1885 en uitgevoerd door de Almelose aannemer C. Eckhardt voor 53.400 gulden. Het stationscomplex omvatte verder langs de beide sporen een identiek dienstgebouw. Het stationsgebouw en de dienstgebouwen werden gebouwd naar een ontwerp van M.A. van Wadenooijen met invloed van de neorenaissance en in mindere mate van de neogotiek [3-4].
In 1890 herverdeelde de overheid de spoorexploitatie in Nederland. De Betuwelijn ging daarbij over naar de HSM. Daarmee was de HSM vanaf dat jaar de enige spoorwegmaatschappij in Kesteren.

Het emplacement van station Kesteren van de HSM in 1891. Tekening: Railatlas NVBS – Tekenaar: C.Kooij – juli 1980.

Het stationsgebouw van Kesteren en op de voorgrond het aan het eind van de Tweede Wereldoorlog grotendeels ingestorte dienstgebouw tussen 1900 en 1905 langs de boog richting Amersfoort. Foto: Beeldbank NVBS – fotograaf C. van Drumpt.
De Tweede Wereldoorlog en daarna
Aan het eind van de Tweede Wereldoorlog raakte het stationscomplex zwaar beschadigd door de ligging in de vuurlinie. Het noordelijke dienstgebouw stortte grotendeels in en van de andere gebouwen sneuvelden alle ruiten. Na de oorlog werd het noordelijke dienstgebouw afgebroken.
Inslagen van granaatscherven zijn in de oostelijke muur van het nu nog bestaande deel van het stationsgebouw nog altijd zichtbaar.

De beschadigingen in de oostelijke muur van het stationsgebouw door granaatscherven.
Ook werd de treindienst naar Amersfoort niet meer hervat omdat de Rijnbrug bij Rhenen in oktober 1944 grondig door de Duitsers was vernield. In 1957 werd op deze plaats een verkeersbrug gebouwd. Het station Kesteren heette vanaf 1945 Kesteren-Rhenen. Toen in 1981 het station Rhenen heropend werd als eindpunt van de Veenendaallijn is de naam Kesteren-Rhenen weer teruggedraaid naar Kesteren.

De zijgevel en de perronkap van het stationsgebouw van Kesteren gezien vanuit het oosten op 7 december 1955. Foto: Utrechts Archief.
In de nacht van 24 op 25 maart 1963 ontstond er een grote brand in het perrongebouw van het stationsgebouw van Kesteren. Het gedeelte tussen het oostelijke perrongebouw en het pleingebouw liep ernstige schade op en het westelijke entreegebouw raakte enigszins beschadigd. De ruïne van het perrongebouw werd gesloopt en niet meer herbouwd, waardoor een groot deel van het stationsgebouw en stationskap zijn verdwenen. Op 22 februari 1966 werd het stationsgebouw weer in gebruik genomen.
De jaren tachtig: leegstand, sloop en verhuur
Rond 1985 werden in het stationsgebouw de laatste stationsfuncties opgeheven en werd het stationscomplex door NS verhuurd aan de gemeente Kesteren. Van 1987 tot 2015 werd het hele pleingebouw doorverhuurd aan Historische Kring Kesteren en omstreken / Arend Datema Instituut.
Om het kraken van het leegstaande dienstgebouw tegen te gaan is het door een sloopbedrijf onklaar gemaakt. Vrijwel alle ruiten en alle binnendeuren werden verwijderd, evenals de onderste vijf treden van de trap en de vloeren en geornamenteerde stucplafonds werden doorgebroken. Bij deze actie zijn nagenoeg alle originele details uit het pand beschadigd, vernietigd of gestolen.
In 1988 werd het dienstgebouw verhuurd. De huurder voerde zelf het herstel van het gebouw uit. Daarbij zijn veel passende oude interieurelementen uit slooppanden in en om Kesteren in het gebouw toegepast.
Het in 1897 gebouwde seinhuis Post T werd in juni 1983 na buitendienststelling van de klassieke beveiliging door medewerkers van de Museumstoomtram Hoorn-Medemblik gedemonteerd en in 1985 werd begonnen met de herbouw in Hoorn.

Post T in Kesteren in juli 1967 (foto Utrechts Archief, bewerkt) en na herbouw in Hoorn op 15 april 2023.
De toestand in 2015
Beide panden verkeerden voor het oog in een deplorabele staat van achterstallig onderhoud. Veel verfwerk was afgebladderd, houtwerk zag er slecht uit, het stationsgebouw bevatte veel kapotte, provisorisch gedichte ramen en in de randen met siertegels aan het dienstgebouw ontbraken diverse tegels. De tien jaar voor 2015 was door de eigenaar geen onderhoud gepleegd. Van de daken waren loodslabben gestolen en provisorisch vervangen door kunststof (EPDM).
In 2020 versterkte het zogenaamde blauwe uur met slechts op een enkele plaats verlichting de droeve indruk van het stationscomplex.

Het stationsgebouw van Kesteren werd op 15 februari 2020 gefotografeerd tijdens het blauwe uurtje. Foto: Paul van Baarle.
Restauratie
Zowel het dienstgebouw als het stationsgebouw zijn sinds december 2001 rijksmonument.
In september 2024 is gestart met de restauratie van de dienstwoning, die in mei 2025 werd voltooid. De woning wordt in gebruik genomen voor het wonen van jongeren met begeleiding. Naast vijf huurkamers en een begeleidersappartement komen er een gezamenlijke ruimte en mogelijk kantoorruimte.

Het al gerestaureerde dienstgebouw (rechts) en het te restaureren stationsgebouw (links) vanaf de Stationsstraat.

Het dienstgebouw aan de kant van het perron gezien vanaf het zuidoosten (links) en vanaf de kant van Tiel (rechts).

Details van de restauratie. Ramen aan de perronzijde (links) en de toegang (rechts) aan de westkant van het dienstgebouw.
Het nog niet gerestaureerde stationsgebouw verkeert nog in de zeer deplorabele toestand. Het begin van de restauratie daarvan is gepland voor de tweede helft van 2025 en deze moet in 2026 voltooid zijn.

De westzijde van het stationsgebouw gezien vanaf de Stationsstraat met van hechthouten platen voorziene ramen. De witte balken maken deel uit van de oorspronkelijke structuur.

Het stationsgebouw vanaf de perronzijde.

De noordoostelijke kant van het stationsgebouw.
Treinen
In de jaren 70 reden de NS rode DE1- en DE2-treinen vanuit Utrecht CS naar Tiel en verder om en om naar Arnhem of Nijmegen. In de jaren 80 reden voornamelijk de gele verbouwde DE2-stellen tussen Utrecht CS en Arnhem. De treindienst werd in Tiel geknipt nadat het traject Geldermalsen-Tiel vanaf 1978 was geëlektrificeerd. Eind jaren 80 kwamen de treinen naar Nijmegen te vervallen.
In de jaren 90 reden inmiddels ook treinstellen Plan U (DE3) op deze lijn ter vervanging van de DE2. Er werd elk uur tussen Arnhem Velperpoort en Tiel gependeld en in de avonduren werd de treindienst vervangen door een NS-busdienst. Na de instroom van de DM’90-stellen en het ombouwen van de ATB-NG op de Betuwelijn verdwenen de treinstellen Plan U. Kesteren had een uurdienst naar Tiel en een uurdienst naar Arnhem.
De goederendienst naar het station Kesteren werd in 2004 beëindigd. Bij de vervanging van de klassieke beveiliging in 1983 bleven alleen aan de zijde van Tiel de aansluitwissels naar de goederensporen gehandhaafd. Aan de Arnhemse zijde werden zij verwijderd.

De overgebleven (goederen)sporen van het voormalige rangeerterrein.
Ook van de spooraansluiting van de vroegere ten noorden van de parallel aan de spoorlijn verlopende Spoorstraat gelegen bedrijven rest alleen nog het stukje spoor dat de Spoorstraat kruist.

Het restant van de kruising van de spooraansluiting in de Spoorstraat.
De exploitatie van Oostelijke Betuwelijn is vanaf 2005 overgedragen aan de provincie Gelderland. Syntus kreeg als enige belangstellende de concessie toegewezen. Per 1 april 2005 reed Syntus met LINT- en Buffel-treinstellen en Kesteren was ’s avonds weer per trein bereikbaar. Op 9 december 2012 nam Arriva de exploitatie over met GTW-treinstellen. Deze concessie loopt tot 13 december 2025.

Arriva-trein in de richting van Tiel.

Het toiletgebouwtje op het station Kesteren.
De komende twee jaar zullen de rood-witte treinen van Arriva een transformatie ondergaan naar RRReis-treinen. Dit betekent een nieuw paars, blauw en groen kleurenschema en het aanbrengen van toiletten. De vraag is of het huidige toiletgebouwtje op het station Kesteren dan blijft bestaan.
De foto’s zijn gemaakt op 6 augustus 2025 door Frits van Buren, tenzij anders vermeld.
Naar KesterenPer trein is station Kesteren eenvoudig te bereiken: de Arriva-trein rijdt elk half uur (op zaterdag en zondag elk uur) Arnhem – Tiel of Tiel – Arnhem. Per auto is navigatie naar Stationsstraat 38, Kesteren handig (de Stationsstraat heeft een gedeelte met eenrichtingverkeer). Er is een klein parkeerterrein bij het station. Referenties1. J.G.C. van de Meene en R. Ankersmit, Kesteren – Amersfoort (Het gedeelte Kesteren – Amersfoort van de spoorweg Amersfoort – Nijmegen), Op de Rails, 1951-05, blz. 184-194. 2. G.A. Russer, Amersfoort – Kesteren: ’n veel besproken spoorlijn, BDU, Barneveld, 1981. NVBS-bibliotheek: Sa-100.147.a. 3. H. Romers, De Spoorwegarchitectuur in Nederland, 1841-1938, Zutphen 1981, Walburg Pers, blz. 127. NVBS-bibliotheek: Sb-100.020.a. 4. K.D. Aschman, Cultuurhistorische waardestelling Station Kesteren, 2015 (pdf). |
Lees ook de rubriek Toen en… in dit nummer. |